Paardrijden

Dinja van Liere

Van opa's pony tot Olympische Spelen

Dinja van Liere, geboren in Goes en nu woonachtig in Uden, heeft zich ontpopt tot een van de meest veelbelovende dressuuramazones van Nederland. Haar reis naar de top begon op jonge leeftijd, en dat terwijl ze helemaal geen sportieve ambities had. ‘Ik had nooit de intentie om in het Nederlands Team te komen.’

Dinja's liefde voor paarden werd op zesjarige leeftijd aangewakkerd door haar opa. ‘Na het overlijden van mijn oma had mijn opa niet veel om handen’ vertelt Dinja. ‘Hij nam me als klein meisje mee naar de manege en kocht vervolgens een tienrittenkaart. Elke week bracht hij me naar de lessen en bleef hij kijken. Het was voor hem fijn om weer bezig te zijn. Voor mijn zevende verjaardag kreeg ik zelfs een pony van hem. Die pony heette Flits en omdat mijn opa er altijd bij was, werd hij door iedereen Opa Flits genoemd. Elke les, alle concoursen; altijd ging hij met me mee. Helaas overleed hij 4 jaar geleden, maar hij heeft wel mee mogen maken dat ik ben doorgebroken en grote successen behaalde.’

Liever springen dan dressuur 

Terug naar de manege, waar het allemaal begon en waar het ook snel had kunnen stoppen. Dinja vindt de lessen namelijk al snel niet meer leuk. ‘Ik was gek van paarden, maar de manegelessen vond ik eigenlijk hartstikke saai. Het ging voor mij allemaal veel te langzaam. Dressuur vond ik niet eens leuk. Ik wilde springen en actie! Omdat mijn tweede pony niet wilde springen, werd het toch dressuur, waar ik dan wel per se het hoogste niveau wilde halen.’

“Ik reed vroeger op paarden waar anderen niet op durfden te rijden”
Dv L Paul Raats 63
Dv L Paul Raats 53
Dv L Paul Raats 49
Dv L Paul Raats 56
Dv L Paul Raats 59
Dv L Paul Raats 69
Dv L Paul Raats 70
Dv L Paul Raats 73
Dv L Paul Raats 71

Geen topsportambitie 

Als puber is Dinja het klassieke paardenmeisje: na school was het zo snel mogelijk naar de paarden. Ze rijdt in die tijd op paarden die soms als moeilijk werden ervaren. Of waar mensen te weinig tijd voor hadden of niet op durfden te rijden. Op die leeftijd wist ze ook al dat haar loopbaan in de paardenwereld lag. ‘Ik heb nooit iets anders gewild en had ook geen plan B. Na het behalen van mijn vwo-diploma heb ik nog wel heel kort als secretaresse gewerkt, totdat ik op mijn 21e de kans kreeg om bij Stal Hexagon in Schore te gaan werken. Ik reed daar op betere paarden en haalde een steeds hoger niveau. Ondanks dat, had ik helemaal niet de ambitie of het idee om ooit naar de Olympische Spelen te gaan. Het liefst wilde ik gewoon in de paardenwereld werken, er was geen plan om topsporter te worden.’ 

Het talent kruipt waar het niet gaan kan. Na jaren van hard werken en het opleiden van jonge paarden, werkt Dinja zich op tot het allerhoogste niveau. Met paarden als Hermès en Haute Couture liet ze zien dat ze niet alleen jonge paarden kon opleiden en ontwikkelen, maar ook op het hoogste niveau kon presteren. En dan ook nog met verschillende paarden. ‘Toen werd voor iedereen wel duidelijk: oké, ze kan dus meer dan we denken. Zelf heb ik altijd het gevoel gehad dat ik het kon, maar dat had niet iedereen door. Ik werd vooral gezien als iemand die met jonge paarden kon presteren. Het maakte me misschien wel nóg gretiger om te laten zien wat ik in huis heb.’

De dag van Dinja 

Naast topsporter is Dinja ook ondernemer. Ze heeft haar eigen stal waar ze haar paarden opleidt en ook nog eens lessen geeft. ‘Ik ben meestal zeven dagen in de week aan het werk’ zegt ze. ‘De wekker gaat om 06.30 uur en ik ben ab-so-luut geen ochtendmens, dus dat blijft pittig. Ik begin de dag meestal met wat cardio- of fitnessoefeningen en na het ontbijt sta ik om 07.30 uur in de stal. Dan is het zelf rijden, stalwerkzaamheden, een keer een interview of iets anders, en vanaf 16.00 uur beginnen de lessen. Een snelle hap tussendoor en dan is het weer tot 21.00 uur lesgeven. In het weekend zijn er vaak wedstrijden dus ook dan ben ik bezig.’ 

Ondanks haar drukke schema vindt Dinja nog genoeg tijd voor andere dingen waar ze energie van krijgt. ‘Ik ga echt wel een keer op vakantie hoor, en in het weekend is het wat rustiger, al moet ik natuurlijk wel altijd wat paarden rijden. Wat ik in mijn vrije tijd het liefste doe? Uit eten gaan! Met vrienden en vriendinnen proberen we verschillende restaurants. Ik heb dus niet echt een vast restaurant waar ik altijd naartoe ga. Verder is het in mijn vrije tijd af en toe een serietje kijken én ik luister graag naar podcasts. Dat kan ik onderweg in de auto bijvoorbeeld doen. En dan het liefst true crime.’

“Bij ons thuis was er geen ruimte om gezellig een spelletje te doen”
Dv L Paul Raats 132
Dv L Paul Raats 97
Dv L Paul Raats 137
Dv L Paul Raats 11
Dv L Paul Raats 13
Dv L Paul Raats 87
Dv L Paul Raats 38

Familie van topsporters

Opvallend is dat Dinja's broer Joeri ook een topsporter is. Beiden hebben Nederland vertegenwoordigd op de Spelen in Parijs, Dinja bij de Olympische Spelen en Joeri bij de Paralympische Spelen in het rolstoelbasketbal. Twee topsporters uit één gezin: toeval of zijn ze erfelijk belast met sportief talent? ‘Wij zijn gewoon allebei enorm streberig en hebben doorzettingsvermogen. Het woordje ‘nee’ komt in ons woordenboek niet voor. Lukt het niet linksom, dan rechtsom.’ Lachend: ‘Bij ons thuis was er vroeger ook geen ruimte om even gezellig een spelletje te spelen, daar waren we net iets te fanatiek voor! Ik denk dat we de koppigheid en het doorzettingsvermogen van mijn moeder hebben. Mijn vader is dan weer heel relaxed en kan goed relativeren. De combinatie van die eigenschappen komt goed van pas bij topsport. Ik heb ook eigenlijk nooit echt last van zenuwen. We kunnen allebei heel goed omgaan met prestatiedruk.’